Aansprakelijkheid bestuur voor interne oorzaken van het faillissement
Indien een bestuurder de jaarstukken niet tijdig deponeert of de administratieplicht schendt wordt dat gezien als een onbehoorlijke taakvervulling en een vermoeden dat dat de oorzaak is van het faillissement (zie 2:248 lid 2 BW). De bestuurders kunnen echter aannemelijk maken dat het faillissement aan
Indien een bestuurder de jaarstukken niet tijdig deponeert of de administratieplicht schendt wordt dat gezien als een onbehoorlijke taakvervulling en een vermoeden dat dat de oorzaak is van het faillissement (zie 2:248 lid 2 BW). De bestuurders kunnen echter aannemelijk maken dat het faillissement aan een andere oorzaak is te wijten om aan aansprakelijkheid te ontkomen. Veelal wordt dan gedacht aan een van buiten komende oorzaak.
Inmiddels is het bekende kost dat ook een oorzaak binnen het bestuur als oorzaak kan worden genoemd om onder het vermoeden als oorzaak van het faillissement uit te komen. Dit werd voor het eerst in duidelijke bewoordingen geoordeeld in het Hoge Raad arrest dat ten grondslag ligt aan onderhavig verwijzingsarrest. Het Hof oordeelde dat er voor het bestuur op grond van 2:248 lid 2 een collectieve verantwoordelijkheid geldt. Dat zou dan volgens het hof kennelijk geen alternatieve oorzaak voor het faillissement mogen zijn, omdat het bestuur hetgeen tot haar eigen collectieve verantwoordelijkheid behoort niet als excuus kan gebruiken dat het faillissement is ingetreden. De Hoge Raad denkt daar echter anders over. "Naast van buiten komende oorzaken, kan ook handelen of nalaten van een of meer bestuurders dat op zichzelf beschouwd geen onbehoorlijke taakvervulling oplevert (...) voldoende zijn voor ontzenuwing van het in art 2:248 lid 2 BW bedoelde vermoeden."
In onderhavig arrest dient het verwijzingshof te beoordelen of de door het bestuur aangevoerde oorzaken van het faillissement - namelijk de economische tegenslag, de onenigheid van de bestuurders en de beëindiging van de onderneming (i) niet kwalificeert als onbehoorlijk bestuur en (ii) dat de desbetreffende gedraging of beslissing wel een belangrijke oorzaak is van het faillissement. In dat geval is het bewijsvermoeden ontzenuwd. Het hof oordeelt dat de oorzaak van het faillissement is gelegen in voornoemde omstandigheden. Het bestuur heeft daarmee volgens het Hof het weerlegbare vermoeden van artikel 2:248 lid 2 BW ontzenuwd en de curator heeft niet aannemelijk gemaakt dat onbehoorlijk bestuur mede een belangrijke oorzaak is geweest van het faillissement. De bestuurders zijn dan ook niet aansprakelijk op grond van artikel 2:248 BW voor de boedeltekorten.
Bron: Kennedy van der Laan
Ook de juridische verweerkosten in geval van (vermeende) bestuurdersaansprakelijkheid kunnen fors oplopen en zijn gedekt onder een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering. Meer weten? Mail ons of bereken hier direct online uw premie
Tip: verzeker vooraf de uitloopdekking in geval van faillissement, fusie of beeindiging van de rechtspersoon.
Meer nieuws over mkb verzekeringen
Het belang van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering
Een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering is een noodzakelijk instrument voor zakelijke zekerheid. Het biedt bescherming tegen de onvermijdelijke risico's die gepaard gaan met bestuursverantwoordelijkheden en stelt bestuurders in staat om met vertrouwen te opereren in de wetenschap dat ze adequaat beschermd zijn tegen persoonlijke aansprakelijkheid.
Lees verderBedrijfsrisico's zakelijke dienstverlening in beeld
De zakelijke dienstverleningssector is een belangrijke speler in de Nederlandse economie, met ongeveer 500.000 bedrijven waarvan bijna 88% zelfstandige professionals zijn. Een opvallende trend is de toenemende consolidatie, vooral in de accountancy, consultancy en ingenieursbureaus, gedreven door factoren zoals de krappe arbeidsmarkt, digitalisering en uitbreiding van diensten. Deze sector staat voor specifieke risico's zoals verstoringen in de bedrijfsvoering en schade aan klanten, werknemers of derden, zowel door materiële als letselschade of door cybercriminaliteit. Het beschermen van bedrijfsmiddelen zoals inventaris, elektronica en kantoorpanden tegen inbraak, brand en waterschade is van vitaal belang voor het waarborgen van operationele continuïteit.
Lees verderVeel aanbieders vergelijkingswebsites niet bekend met P2B Verordening
De Platform to Business Verordening (P2B Verordening) van invloed kan zijn op vergelijkingswebsites en verzekeraars. Deze Europese regelgeving, van kracht sinds medio 2020, stelt transparantie- en nalevingsverplichtingen voor platforms, zoals vergelijkingswebsites, die diensten aanbieden aan zakelijke gebruikers zoals verzekeraars. De verordening is bedoeld om de verstoorde onderhandelingspositie van verzekeraars te verbeteren en situaties te voorkomen waarin platforms zichzelf bevoordelen.
Lees verderWat mag je verwachten van een monteur als hij een lekkage inspecteert?
Op 23 mei 2024 werd beoordeeld of een monteur zorgvuldig genoeg handelde bij het inspecteren van een lekkage. Een bedrijf ontdekte lekkage in de keuken en schakelde een monteur in. De monteur vond de oorzaak niet en dacht aan een kapotte kraan. Later veroorzaakte een gesprongen koudwaterleiding waterschade. De verzekeraar stelde de monteur aansprakelijk.<br /> <br /> Volgens de Bedrijfsregeling Brandregres 2014 kan de verzekeraar alleen geld terugkrijgen als bewezen wordt dat de monteur onzorgvuldig handelde. Het hof oordeelde dat een bekwaam monteur beter onderzoek had moeten doen en de beschadigde leiding had moeten afsluiten. De monteur had niet mogen aannemen dat de beschadiging geen gevaar vormde.<br /> <br /> Het hof besloot dat de monteur verwijtbaar handelde en dat de schade zonder zijn fout niet was ontstaan. De schade werd aan de monteur toegerekend en er was geen plaats voor een verweer van eigen schuld. Deze zaak benadrukt het belang van zorgvuldigheid bij monteurs en de criteria van de Bedrijfsregeling Brandregres 2014.
Lees verderIs Insify nou werkelijk zo goed en goedkoop?
Insify adverteert zichzelf als een snelle en goedkope verzekeraar voor zzp'ers, maar in de praktijk blijkt dat niet altijd het geval te zijn. Lees onderstaande casus van ons kantoor.
Lees verder